Open brief van Josee Hussaarts

We publiceren hier een open brief die Kwatta’s artistiek directeur Josee Hussaarts vorige week ook persoonlijk deelde. Het gaat om haar volledige verhaal over wat er vorig jaar bij Kwatta is gebeurd. Als Kwatta-team zijn we ondertussen ondanks alles hard bezig met het herstel van de organisatie. De meesten mensen in het Kwatta-team zijn echter nieuw en waren er dus vorig jaar ook nog niet bij. Vandaar dat naast ons collectieve statement Josee hierover aan het woord laten net zo belangrijk is. Met deze open brief wil Josee samen met het nieuwe Kwatta-team ook graag definitief een streep trekken onder het verleden.

————-

Hoe kan je een geschiedenis achter je laten, als je hem nooit hebt mogen vertellen?

Naar aanleiding van de discussie over angstcultuur, treed ook ik naar buiten. Met een geschiedenis die ik, nog steeds als artistiek directeur, kan navertellen. Ik kwam terug in de organisatie, las mails en kon een reconstructie maken van wat er zich had afgespeeld.

Iedereen heeft het afgelopen jaar kunnen lezen wat er bij Kwatta is gebeurd. Er is veel gesuggereerd, geroddeld, gespeculeerd. Vanuit Kwatta zelf kwam geen woord. Wie zwijgt stemt toe, denkt men dan. En hup, daar werd Kwatta nog verder het verdachtenbankje in gedrongen. En Kwatta is in dit verhaal vooral Josee, de artistiek directeur. Ik dus. Degene die het allemaal gedaan heeft, of… degene die al die shit over zich heen gekregen heeft. Er bestaat in organisatiejargon de term ‘geïdentificeerd persoon’, vrij vertaald: ‘het zwarte schaap’.  Zodra iemand in een groep tot zwart schaap wordt gemaakt, wordt de situatie heel overzichtelijk. Het is duidelijk naar wie gewezen wordt, tegen wie de groep zich kan keren.

Waar het mij om gaat, is dat Kwatta een negatief BIS-advies heeft gekregen, dat er een jaar over Kwatta is gesproken op een zeer negatieve manier, dat er een groot onrecht heeft plaatsgevonden en dat ik voor het eerst niet bang meer ben. Vanuit angst kan je geen kunst maken, schreven 451 theatermakers afgelopen week in een open brief. Het is zó waar. Ook ik ben niet meer bang. Omdat alles gebeurd is waar ik voor vreesde. Ik ben zwart gemaakt, het gezelschap is beschadigd, wat heb ik nog te verliezen?

Er is nog een reden waarom ik niet bang meer ben, en die reden is veel belangrijker: Ik heb weer een bestuur achter me staan dat me vertrouwt en dat ik kan vertrouwen. Ik heb ook, voor het eerst in vier jaar tijd, sinds zes maanden weer een zakelijk directeur naast me (dus geen interim), waarmee ik samen het gezelschap kan leiden. Kwatta heeft een jong team dat vol energie en vertrouwen bouwt aan de toekomst, de door de Raad voor Cultuur onderschreven artistieke kwaliteit wordt weer ingebed in een stevige organisatie. Die organisatie groeit, ondanks Corona, met de dag.

BIS-status

Iedereen die ingevoerd is in de sector weet hoe Kwatta geknokt heeft voor haar voortbestaan toen zij in de periode Halbe Zijlstra haar BIS-status verloor. Kwatta spendeerde veel van haar financiële reserves om te kunnen procederen tot de Hoge Raad, maar toen de overwinning een feit was en Kwatta over kon gaan tot de orde van de dag, werd de zakelijk directeur ziek (zij bleef twee jaar in de ziektewet). Kwatta had een gat in de begroting en het gehavende gezelschap kraakte in haar voegen. Als artistiek directeur heb ik in die tijd gedaan wat ik kon. Ik ben geen manager, ik ben geen zakelijk directeur, ik ben een artistiek directeur die niet heeft willen weglopen voor verantwoordelijkheden en dus gedaan heeft wat ze kon om het werk op alle fronten te verzetten. En ja, Kwatta bestaat nog steeds, en dat is zeker niet ondanks mij. Het artistieke werk ging door, achter de schermen werkte ik interims in. Interims die onder druk van een penningmeester stonden om voorstellingen te schrappen. Dat het daarbij om gelabeld subsidiegeld ging, was kennelijk geen bezwaar.

Het zwarte schaap, een beproefde methode

Ik kan vertellen wat er gebeurt als je als zwart schaap wordt aangemerkt. Ik ben gepest en uitgesloten. Ik ben op non actief gezet: 4 maanden, precies de tijd die één interim-zakelijk leider nodig had voor zijn re-organisatie. Dit gebeurde door een bestuur bestaande uit drie personen, waarvan twee van hen kort daarvoor waren aangetreden. Ik had hen slechts een halve bestuursvergadering meegemaakt. Het bestuur had een onderzoek laten instellen, geleid door een extern bureau, waaruit bleek dat er een conflict lag tussen de interim en de artistiek directeur, en dat het personeel daarin meegesleept was. Het bestuur besloot mij op non-actief te zetten, de interim zou zo snel mogelijk worden vervangen. Dit laatste gebeurde niet. In plaats daarvan werd hij ook verantwoordelijk voor het artistiek beleid en daarmee algemeen directeur.

Gedurende mijn non-activiteit ben ik geïsoleerd, ik mocht niemand spreken, niemand mocht mij bellen. Dat is een ziekmakende situatie. Hulde aan de enkele dappere held die het lef had mij wél te bellen en mij simpelweg te vragen: “Josee, hoe is het met je?”

Ik heb verzocht om het ministerie van OCW te informeren over mijn non-activiteit; het toenmalige bestuur heeft dat nagelaten. De uitsluiting binnen de organisatie was voor mijn non-actiefstelling al begonnen. Daar heb ik voorbeelden van, die ik nu niet zal benoemen. Wel heb ik bij de bestuursvoorzitster in die tijd gevraagd om een vertrouwenspersoon. Zij heeft die vraag naast zich neergelegd.

Uiteindelijk heb ik mijn non-actiefstelling aangevochten. De rechter bepaalde dat deze onterecht was, dat het bestuur minst de schijn van partijdigheid op zich had geladen en dat ze mij door hun acties verder in de organisatie hadden geïsoleerd, maar dat terugkeer binnen de gecreëerde omstandigheden niet meer mogelijk was. De situatie was dermate geëscaleerd en er diende gemedieerd te worden. Die mediatie is mislukt. Ik heb nooit de kans gehad één op één met medewerkers te spreken. Er zat altijd een groep tegenover me, met vooringenomen standpunten. Het was onmogelijk om tot een open gesprek te komen. Ondertussen was mijn functie uitgehold en overgenomen door anderen.

Pesten, isoleren

Pesten, iemand isoleren in een groep, is een sluipend proces. Ik heb in de achter mij liggende periode vaak het gevoel gehad dat ik achter de feiten aanliep, dat ik het niet goed begreep. Had ik dingen fout gedaan? Jazeker, ik ben een mens met een enorme gedrevenheid en passie. Ik kan ongeduldig zijn, veeleisend. Ik ga in de kunst niet voor compromissen. Maar welke artistiek directeur doet dat wel?

En de interim-directeur? Die vertrouwde ik volledig. Hij zou rust en stabiliteit terugbrengen. Hoe kon ik weten dat hij, zodra ik een kleine stap terugdeed, meteen aan het  reorganiseren zou slaan. En dat hij mij tegenover het kantoorteam zou framen als een psychiatrisch patiënt, in een mail met een link naar een pseudo-wetenschappelijk artikel. De twee overgebleven bestuursleden werden wakker en verklaarden dat beweringen over mij steeds gekker werden. Ondertussen bleef ik me maar afvragen waarom mijn salaris niet werd uitbetaald. Toen de ex-medewerkers -met drie van hen werkte ik 16, 11 en 5 jaar, met de andere drie slechts 4 maanden- vrijwillig vertrokken, kon ik de balans opmaken.  De zakelijk assistent had mij doodleuk uit de laatste werkbegroting geschrapt. Ik was weggegomd uit de organisatie.

Het is gruwelijk wat mensen elkaar kunnen aandoen. De mails die ook de nieuwe medewerkers aantroffen op de computers getuigen daarvan. De gevolgen zijn verschrikkelijk. En niet alleen voor mij. Kwatta heeft een negatief advies gekregen van de Raad voor Cultuur. Hoewel de Raad zich bewust lijkt van het verschrikkelijke proces dat zich bij Kwatta heeft voltrokken en lovend is over de artistieke kwaliteit, meent zij toch dat er teveel gebeurd is op organisatorisch vlak om Kwatta positief te kunnen honoreren. Ik had zo gehoopt dat we dit hadden kunnen voorkomen.

Mores-online

Mijn melding over machtsmisbruik en pestgedrag ligt bij Mores-online. Ik ben niet bang meer. Ik hoop dat ook anderen die het slachtoffer zijn van pesterijen, machtsmisbruik, intimidatie, etc. zich gesteund weten. Laten we inderdaad het lef hebben een nieuwe mores te ontwikkelen, laten we niet meer wegkijken. Laten we niet meer bang zijn.

 

Josee Hussaarts